Klanten van Bakkt mogen deze zomer de handel in Bitcoin futures testen

Testen met gebruikers

In een blogpost vertelt Loeffler dat Bakkt “nauw samengewerkt heeft” met de U.S. Commodity Futures Trading Commission (CFTC). Dat is het Amerikaanse agentschap dat toezicht houdt over de derivatenmarkt.

Het belangrijkste punt van de update: Bakkt is van plan om deze zomer (juli) te gaan testen met gebruikers. Dat zijn een aantal door Bakkt geselecteerde klanten. Loeffler noemt het ‘user acceptance testing’ (UAT). Daarmee verwijst ze naar de laatste fase van het proces waarin software getest wordt. Het is de periode waarin moet blijken of alle beoogde functionaliteit ook in de echte wereld overeind blijft.

Nog geen lanceerdatum bekend

In tegenstelling tot wat her en der geschreven wordt: er is nog geen officiële lanceerdatum bekend. Het gaat hier expliciet om een testfase. Het zou ook opmerkelijk zijn geweest als er wel gesproken zou worden over de lancering. De CFTC heeft de plannen van Bakkt officieel nog niet goedgekeurd, en tot die tijd kan Bakkt zich nergens over uitlaten. 

Over die goedkeuring van de CFTC vertelt Loeffler iets nieuws. Bakkt gaat — via moederbedrijf ICE — haar Bitcoin-producten zélf certificeren. De toezichthouder moet vervolgens binnen 10 dagen beoordelen of het oordeel van ICE en Bakkt geen wetten en regels breekt. Op deze manier hebben CME en Cboe ook hun Bitcoin-contracten de markt op gekregen in 2017.

Op de vraag waarom Bakkt niet direct op deze manier te werk is gegaan, wordt geen antwoord gegeven. Het is aannemelijk dat er om ‘politieke redenen’ eerst gekozen is voor het dialoog.

Twee producten

Volgens Loeffler heeft Bakkt producten ontwikkeld die “gevormd zijn door gesprekken met betrokkenen”. De producten “bieden unieke eigenschappen op het gebied van handel, veiligheid, en risicobeheer”.

In eerste instantie komt Bakkt met tweesoorten futures. Eén die dagelijks afgewikkeld wordt, en één die een looptijd heeft van een maand. Daarmee komt Bakkt tegemoet aan twee soorten handelaars. De prijzen baseert Bakkt “op de fysiek geleverde contracten, zonder afhankelijk te zijn van niet-gereguleerde markten”.

Tenslotte meldt Loeffler dat Bakkt zelf $35 miljoen bijdraagt aan een fonds waaruit eventuele verliezen worden gecompenseerd. Daarmee heeft Bakkt zelf “skin in the game”, en dat bekrachtigt het idee dat Bakkt belang heeft bij een “integere en veilige markt”.